Brieltjenspolder 14a, 4921 PJ, Made
Augustus 2020
Al sinds jaar en dag is de visie van Vekon dat “iedereen mag meedoen” en daarop is ons aannamebeleid ook gebaseerd. Door de jaren heen hebben al verschillende mensen kortere of langere tijd bij Vekon de kans gekregen om werkervaring op te doen. Een aantal van hen heeft hier een vast contract aan over gehouden. Gelukkig hechten steeds meer opdrachtgevers aan sociaal ondernemerschap.
Om dit beleid te borgen en meetbaar te maken heeft Vekon besloten om op te gaan voor een PSO certificaat. PSO staat voor Prestatieladder Socialer Ondernemen en is een landelijk erkende norm. Het keurmerk is ontwikkeld door TNO in samenwerking met verschillende marktpartijen. Certificering van hetgeen we al doen kan toegevoegde waarde bieden voor bestaande en toekomstige relaties. Ook het opleiden van leerlingen hoort bij Sociaal Ondernemerschap en daarvoor biedt Vekon graag de mogelijkheid. Sociaal ondernemen is bij ons de norm en dat willen we graag bevestigen met een PSO certificaat.
Half juni zijn we gestart met dit traject en we hopen in oktober van 2020 het certificaat te gaan behalen.
Één lijst, vier sectoren met meer dan 100 kansrijke beroepen. Techniek is de toekomst en volop in ontwikkeling. Ook in West-Brabant! Op verschillende opleidingsniveaus is er behoefte aan mensen. En dat wordt alleen maar meer door mooie technologische ontwikkelingen. Er zijn allerlei richtingen zoals metaal, procesindustrie, technische installatiebranche en vliegtuigbouw. Vekon mocht een bijdrage leveren aan deze gouden lijst.
Meer informatie
In winterjas opgenomen, toen de wereld er nog anders uit zag, maar dat maakt dit artikel zeker niet minder relevant. We kunnen gezamenlijk de economie een boost geven door juist nu door te pakken op verduurzaming.
Meer informatie
Tijdens Girlsday openen door heel Nederland bèta-, technische, ICT-bedrijven én technische of ICT-afdelingen van bedrijven hun deuren voor meisjes van 10 tot 15 jaar. De meisjes kunnen deelnemen aan interessante activiteiten, maken kennis met vrouwelijke medewerkers en leren meer over bèta/technische werkzaamheden. Kortom Girlsday laat meisjes de onontdekte wereld van bèta, techniek en ICT van dichtbij beleven!
Girlsday 2019 vond plaats op donderdag 11 april en werd in samenwerking met TechniekTalent.nu en het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap georganiseerd.
Veel vrouwelijk bèta-/technisch en ICT-talent gaat verloren, vaak omdat meisjes onbekend zijn met bèta-, technische en ICT-beroepen en opleidingen. Het bezoek aan een bedrijf kan helpen de blik van meisjes op bèta, techniek en ICT te verbreden en hun loopbaankeuzes te beïnvloeden. Binnen bedrijven dringt ook steeds meer het besef door dat genderdiversiteit op de werkvloer voor betere resultaten zorgt. Deelnemende bedrijven hebben gemerkt dat de betrokkenheid en de bereidheid van (vrouwelijke) medewerkers om zich in te zetten voor de toekomstige generatie groot is. De bedrijven ervaren het als positief om het contact met scholen in de omgeving te onderhouden.
Vekon is partner voor de productie van elektrotechnische besturingssystemen van machinebouwers in de Benelux. Deelname aan Girlsday is één van de activiteiten van Vekon voor meer maatschappelijke betrokkenheid en bevordering van de samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven. Judith Vermeulen, directeur en eigenaar van Vekon, zorgt in de regio onder andere voor de coördinatie van Girlsday en bemiddelt tussen scholen en bedrijven om de juiste partijen met elkaar in contact te brengen. Daarnaast organiseert zij samen met de dames binnen Vekon voor de ontvangst van 45 meisjes van het Dongemond College uit Made en Raamsdonksveer en laat hen op een interactieve manier kennis maken met elektrotechniek. Zij krijgen daarbij medewerking van Rachel Kuiphof, studente renovatie op het SUMMA-college in Veldhoven. Rachel is 19 jaar en ambassadeur van de techniek. In haar presentatie neemt Rachel de meiden op een leuke en ontspannen wijze mee op verkenning in de veelzijdige wereld van de techniek.
BN/DeStem pakte dit onderwerp goed op en interviewde een aantal meisjes die aan girlsday hebben meegedaan.
De oorsprong van Girlsday ligt in Amerika, waar sinds 1993 de ‘Take-Our-Daughters-To-Work-Day’ wordt georganiseerd. Doel van deze dag is om meisjes de waarde van een goede opleiding en toekomstige carrièremogelijkheden te laten zien. Ook in Duitsland is Girlsday al jaren een groot succes. In 2001 vond in Duitsland de eerste Girls’Day – Mädchen-Zukunftstag plaats, waarna vele landen volgden. Momenteel vindt Girlsday onder andere in Luxemburg, Oostenrijk, Zwitserland, Spanje, Polen en Kosovo plaats.
Meer informatieMaar liefst 3 van de 24 Brabants Besten gevestigd in de gemeente Drimmelen
Brabants Besten zijn ondernemers in de provincie Noord-Brabant die het goede voorbeeld geven door werkgeverschap en bedrijfsvoering optimaal in te vullen. Niet alleen voor zichzelf en het bedrijf, maar ook voor hun werknemers en hun omgeving. Zij zetten hun medewerkers op een vernieuwende wijze in en benutten de mogelijkheden van de Brabantse beroepsbevolking. Hiermee zijn zij een inspiratie voor anderen en daarom heeft gedeputeerde Bert Pauli van de provincie Noord-Brabant ze op 16 januari 2019 benoemd tot Brabants Besten.
(Op de foto vlnr. Dieuwke Simonis-Stellinga van restaurant ‘Onze Kerk’, Judith Vermeulen van de Vekon Group, Wethouder Lieke Schuitmaker en Burgemeester Gert de Kok van de Gemeente Drimmelen)
De onderscheiden ondernemers doen dat bijvoorbeeld door mensen met een handicap aan te nemen en te begeleiden, door mensen op de werkvloer meer inspraak te geven over de inrichting van het werk, door een programma op te zetten waardoor oudere medewerkers langer fit blijven of door mensen zonder werkervaring binnen hun bedrijf op te leiden.
De gemeente Drimmelen mag met trots vermelden dat 3 van de 24 Brabants Besten 2019 hun bedrijf in deze gemeente gevestigd hebben. Deze 3 ondernemers die op 16 januari 2019 officieel benoemd zijn tot Brabant Besten 2019 zijn:
Judith Vermeulen (Vekon in Made)
Specialist in: elektrotechnische besturingssystemen
Wat vindt zij belangrijk?
Eigenaar Judith Vermeulen ziet het als haar maatschappelijke verantwoordelijkheid om zich in te zetten voor een betere instroom in de techniek. Vekon wil op een andere manier kijken naar de mogelijkheden van mensen en veel investeren in scholing.
Wat levert het op?
Automatisering en innovatie vragen om anders geschoolde mensen. Hiervoor heeft Vekon een speciaal scholingsbudget. Daarmee hebben medewerkers zonder technische achtergrond de kans gekregen om elektromonteur te worden.
Judith Vermeulen over haar ambassadeurschap voor Brabants Besten 2019:
“Ik zie het als mijn maatschappelijke verantwoordelijkheid om meer jonge mensen kennis te laten maken met veel verschillende onderdelen van techniek en daardoor interesse te wekken voor beroepen en richtingen waarvan het bestaan in eerste instantie zelfs niet bekend was. Dit doe ik actief door intern excursies te organiseren voor verschillende leeftijdscategorieën, presentaties op scholen en congressen te geven, en deelname in verschillende brancheorganisaties en werkgroepen waar dit thema hoog op de agenda staat. Uiteraard is er nog een persoonlijke ambitie om juist ook meer meisjes voor techniek te laten kiezen. Al deze activiteiten krijgen door mijn ambassadeurschap een groter podium. En met de andere ambassadeurs kunnen we krachten bundelen.”
Van alle (her)benoemde ambassadeurs van Brabants Besten in 2019 komen er 8 uit de regio West-Brabant. Zij worden in dit artikel van BN/DeStem nog eens speciaal uitgelicht.
Meer informatie
OP BEZOEK BIJ JUDITH VERMEULEN….
In I AM Booming gaat Anne-Marie Fokkens op zoek naar de mens achter de Brabantse ondernemer. Wat maakt hen wie ze zijn? Hoe wonen en leven ze? En wat voor invloed heeft dat op hun manier van zaken doen? Gewapend met vlogcamera zit Anne-Marie de ondernemer een dag op de huid.
Eind november 2018 was Anne-Marie op bezoek bij onze directeur Judith Vermeulen in Made. Judith weet wat girlpower is. Ze is niet alleen een “Brabants Beste” maar heeft een nationale missie om techniek leuker te maken voor kids.
Met haar bedrijf Vekon geeft Judith een hele nieuwe dimensie aan paneelbouw. En daarbij rent ze presentatrice Anne-Marie Fokkens er ook nog eens uit, in haar wekelijkse hardlooprondje…
Wat maakt deze ondernemer zo bijzonder? Je ziet het in deze leuke uitzending van ‘I AM Booming’.
Op 19 en 20 april jl. hebben we bij Vekon ons 25-jarig bestaan gevierd. Dit jubileum stond in het teken van een korte historische beschouwing en een blik naar de toekomst van de panelenbouw. Daarnaast werden onze relaties en medewerkers in het zonnetje gezet als dank voor 25 jaar prettige samenwerking.
Vekon werd op 1 april 1993 opgericht door Nico en Judith Vermeulen. Samen met haar vader zette dochter haar eerste stappen in het ondernemerschap door kabels en connectoren samen te stellen voor machinebouwers in de omgeving. Dat was in Made.
Niet lang daarna groeide het bedrijf al uit haar jasje en verhuisde naar een groter pand in Wagenberg. De assemblage activiteiten werden uitgebreid met het samenstellen van besturingskasten en –panelen. Judith Vermeulen nam in 2001 het aandeel van vader Vermeulen over en het bedrijf groeide tot zo’n 20 medewerkers.
Door een uitstapje richting het vakgebied van de modulebouw kende het bedrijf op het hoogtepunt in 2005 inclusief haar flexibele arbeidskrachten zo’n 45 medewerkers. Ook de locatie in Wagenberg was daarmee te klein geworden en men verhuisde naar de huidige locatie in Made. Die werd ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum gedeeltelijk leeg geruimd en in gepast wit omgetoverd tot een prachtige demo- en feestgelegenheid.
Diverse afnemers leverden een bijdrage aan de feestvreugde door het beschikbaar stellen van een demonstratie opstelling. Zo stond er een draaideur en een toegangspoort waarvan Vekon de besturingen maakt, een scheepslessenaar die bij Vekon werd samengesteld naast een VR-besturing waar een van de klanten van Vekon mee werkt. Ook de vr360experience van Vekon werd gedemonstreerd. Daarmee geven we de toehoorders een kijkje op ons nieuwe samenwerkingsverband en daarmee een blik in de toekomst van onze organisatie.
Binnen dat kader gaf Theo Gerritzen van Rittal een lezing over de ontwikkeling van de maakindustrie en meer specifiek de panelenbouw in de toekomst. Aansluitend maakte de bijdrage van Jaap Bressers onder de titel ‘Waar een wiel is, is een weg’ veel indruk. Jaap plaatste op ludieke wijze alles rondom ondernemen, carrière en gezondheid in het juiste perspectief. Een bijdrage rondom het leven en de uitvindingen van Nikola Tesla door Jan de Lint maakte onze cirkel rondom de elektrotechnische assemblage rond. En dat alles onder leiding van dagvoorzitter Rens Merkelbach.
Natuurlijk werd tijdens de feestdagen met een hapje en een drankje de inwendige mens niet vergeten. Tot groot genoegen konden we deze dagen dan ook veel klanten en leveranciers ontvangen. Het prachtige weer en de mooie omgeving leverden een goede bijdrage aan de geweldige ambiance.
Ook waren we zeer verheugd met alle bezoek van onze medewerkers en hun familie. Zij kregen een goede indruk van de werkzaamheden waar Vekon vandaag de dag en in de toekomst mee bezig is.
Langs deze weg danken we eenieder graag voor hun bezoek en hun bijdrage aan twee zeer geslaagde jubileumdagen. De opbrengst van alle schenkingen kwam ten goede van het Nationaal MS fonds.
Het in Middelburg gevestigde technologiebedrijf New Motion ontwikkelt en produceert industriële transportband- en hanteersystemen. De modulaire conveyor, handling en palletising oplossingen van New Motion zijn gewild in de internationale food en farma industrie. Inmiddels verkent New Motion nieuwe mogelijkheden voor het standaardiseren van de klantspecifieke en functieafhankelijke elektrotechnische besturingen.
De engineers, werkvoorbereiders en assemblagemedewerkers van New Motion werken dagelijks aan de technische uitwerking van de functionele eisen van hun klanten. Op basis van de ontwerptekeningen van de engineers produceren de medewerkers de systeemonderdelen en zorgen zij, indien gewenst, voor de inbedrijfstelling bij de klant.
Managing Director New Motion Peter Vermunt: “We exporteren een groot deel van onze producten naar internationaal opererende klanten die onze systemen in hun eigen systemen integreren. Onze transport- en handling-systemen duiken dan ook wereldwijd in uiteenlopende industriële omgevingen op. Toch blijven zij altijd herkenbaar aan de karakteristieke kleuren van onze optimaal reinigbare materialen, waaronder de roestvaststalen frames met een rand van zwart kunststof, de voedselveilige blauwe transportbanden en de kenmerkende roodkleurige motoren.”
Standaardisatie en klantspecifieke oplossingen
Sinds de oprichting van New Motion bouwden de ontwikkelaars uit Middelburg gestaag aan een modulair uitbreidbaar productsysteem waarmee klanten uiteenlopende soorten conveyor en handling systemen kunnen samenstellen. Daarnaast ontwikkelde New Motion een online configuratietool waarmee hun klanten hun conveyor, handling en palleting systeemoplossingen online kunnen voorconfigureren.
Vermunt: “De online configuratietool is de logische vervolgstap op de standaardisering van onze oplossingen en stelt onze klanten in staat om onze systemen op functioneel niveau voor te configureren. Farmaceutische bedrijven en voedingsproducenten standaardiseren hun productieomgevingen om bij het gebruik en het onderhoud van de installaties tijdwinst te realiseren. Met onze online configurator kunnen zij de systemen als functionele building blocks in hun totaalontwerp integreren. Nu gaan we nog een stap verder en ontwikkelen we ook gestandaardiseerde systeembesturingen die als bouwstenen voor de door de klant gewenste functionaliteiten voorgeprogrammeerd kunnen worden.”
Innovatief modulair bouwproces
Bij het ontwikkelen van het modulaire bouwsysteem voor elektrotechnische besturingen werkte New Motion nauw samen met de toeleveranciers Vekon Electrical Engineering & Manufacturing en Murrelektronik. Beide toeleveranciers volgen daarbij het liefst, net als New Motion zelf, een modulair bouwproces. Door ook de toeleveranciers bij het standaardisatieproces te betrekken creëert New Motion nieuwe mogelijkheden voor ketensamenwerking.
Commercieel Directeur Vekon Judith Vermuelen: “Voorheen moest het ontwerpen en de hardware engineering van de besturingspanelen voor elk nieuwe project opnieuw worden uitgevoerd. Nu kunnen we met een beperkt aantal standaard bouwstenen klant specifieke oplossingen realiseren. De nieuwe modulaire I/O-modules van Murrelektronik maakten het voor Vekon mogelijk om niet alleen de besturingskasten maar ook de inrichting van de besturingen modulair op te bouwen. De programmeerbare Murr-modules bieden voldoende flexibiliteit om de meest uiteenlopende soorten sensorsignalen (o.a. AIN-AOT-DI-DO) te verwerken. De optelsom van alle motoren en sensoren in de systemen van New Motion vormt de basis voor de engineering en de assemblage van de besturingspanelen.”
Technisch Directeur Vekon Judith Vermeulen: “We integreren de high-end I/O-sensoren en verdeler- en veldbussystemen van Murrelektronik in de modulaire engineering- en productieprocessen van Vekon. Dit resulteert in drie standaardvarianten voor elektrotechnische besturingen (Small – Medium – Large). Deze kan New Motion vervolgens snel en eenvoudig voorprogrammeren, overeenkomstig de samenstelling van het toegepaste transportsysteem en de functionele eisen van de klant.”
Voordelen van ketensamenwerking
De nieuwe invulling die New Motion, Vekon en Murrelektronik aan hun ketensamenwerking geven levert naast tijdbesparingen ook diverse praktische voordelen op. Hierdoor vervagen de grenzen tussen de werkvelden van de elektrotechnisch opgeleide en de niet-elektrotechnisch opgeleide engineers. Met de bouwstenen kunnen mechanische engineers namelijk zelf elektrotechnische functieblokken in hun ontwerp integreren en kunnen de assemblagemedewerkers bij New Motion nu zelf snel complete systemen opbouwen. De verbindende factor is een gedeelde digitale basis voor de mechanische en elektrotechnische engineers en voor de paneelbouwers en assemblagemedewerkers van de machinebouwer. De samenwerking tussen New Motion, Vekon en Murrelektronik is daarmee een schoolvoorbeeld van gezamenlijke innovatie die voor iedereen toegevoegde waarde oplevert.
Simonis: “Hoe beter we weten wat de uitdagingen van New Motion zijn, hoe meer toegevoegde waarde New Motion uit onze bijdrage haalt. Uiteindelijk profiteert de eindklant daarvan. New Motion biedt een ruime keuze aan mechanische en elektrotechnische bouwstenen. De eindklant en de engineers van New Motion bepalen de samenstelling van deze bouwstenen al in een vroege ontwerpfase. Daardoor zal de detailengineering vervolgens efficiënter verlopen en de kans op fouten worden gereduceerd. Voor Vekon biedt deze werkwijze bovendien mogelijkheden voor het verder automatiseren van mechanische bewerkingsprocessen, het efficiënt inzetten van bewerkingsmachines en het optimaliseren van logistieke processen en het voorraadbeheer.”
Vermunt: “Voor New Motion is dit ook een uitkomst voor het tekort aan vakkundige E-engineers, want hiermee kunnen onze assemblagemedewerkers zelf de plaatsing van de sensoren en elektrotechnische besturingen bepalen. Doordat het ontwerp top-down tot stand komt weten alle partijen in de toeleveringsketen wat er van hen wordt verwacht en krijgen onze klanten exact de oplossing die hen voor ogen stond, namelijk de meest passende, meest betrouwbare en meest gebruiksvriendelijke oplossing voor hun specifieke toepassing.”
Meer informatie
Op woensdag 7 maart jl. is Vekon tijdens de ‘Avond van de Maakindustrie’ in de Jaarbeurs in Utrecht door de jury van de Koninklijke Metaalunie gekroond tot districtswinnaar West Brabant van de Smart Manufacturing Award. Uit handen van Michaël van Straalen, voorzitter MKB-Nederland, mocht commercieel directeur Judith Vermeulen van Vekon Besturingstechniek BV de trofee die aan deze prijs verbonden is in ontvangst nemen.
De Smart Manufacturing Award is een erkenning voor het mkb-bedrijf dat zich onderscheidt door slagvaardig te reageren op nieuwe ontwikkelingen die op de maakindustrie afkomen. Dat draait om robotisering, automatisering, internet of things, maar ook om samenwerken, kennis vergaren en delen en innoveren.
Kernwoorden zijn snel en betrouwbaar leveren, maatwerk, flexibiliteit en innovatiekracht. Dat kan op verschillende manieren: in te spelen op een veranderende marktpositie, opschuiven in de keten, gebruikmaken van nieuwe technologieën en van de juiste materialen en door het toepassen van nieuwe businessmodellen.
Vekon kwam bij de jury als districtswinnaar in beeld door de ontwikkeling van een geautomatiseerd systeem om de voorraad klantspecifieke besturingskasten die bij hun opdrachtgever in consignatie staan te beheersen. Via draadloze machine-to-machine communicatie is het met dat systeem mogelijk om online het verbruik van die kasten (en de betaling er van) te verwerken. Overbodige menselijke handeling worden voorkomen en Vekon zorgt er voor dat de klant nooit meer mis grijpt.
Daarnaast waardeerde de jury het budget dat Vekon jaarlijks aan medewerkers beschikbaar stelt voor training en opleiding binnen het kader van Smart Manufacturing. Ook de automatiseringsgraad van de organisatie op het vlak van de 3D hardware engineering (in samenwerking met AES uit Moerdijk) en de CNC gestuurde productie viel bij de jury in de smaak.
Dat Vekon in de persoon van directeur Judith Vermeulen op bestuurlijk niveau de handen ineen slaat met vakgenoten, ter bevordering van de instroom van nieuwe medewerkers in de techniek, maakte de waardering compleet. ‘Een terechte districtswinnaar’; aldus de juryvoorzitter.
Landelijk winnaar van de Smart Manufacturing Award werd ASH Group uit Holten. Dit bedrijf heeft zich volgens de jury op excellente wijze onderscheiden omdat ‘het bedrijf onder meer gebruiksdata online verzamelt waardoor predictive maintenance onderdeel van het pakket is geworden en een after sales dienstenpakket is ontwikkeld’. Vekon feliciteert ASH van harte met hun prijs.
Koninklijke Metaalunie
De Avond van de Maakindustrie is in 2018 voor het eerst georganiseerd. Deze avond is een initiatief van de belangrijkste stakeholders in de MKB-Maakindustrie, FPT-VIMAG en Koninklijke Metaalunie, in samenwerking met Jaarbeurs.
Koninklijke Metaalunie is de grootste ondernemersorganisatie voor het midden- en kleinbedrijf. Zij richt haar activiteiten op bedrijven in de Metaal en Techniek, van eenmanszaken tot bedrijven met meer dan 100 werknemers. Deze bedrijven zijn actief in uiteenlopende sectoren als machine- en apparatenbouw, metaalbewerking, meet- en regeltechniek, elektronica, engineering, las- en constructiewerk, jachtbouw, landbouwmechanisatie alsmede handel en service.
Op de dag van de uitreiking van de award mocht Koninklijke Metaalunie haar 14.000e lid verwelkomen. De aangesloten leden bieden werk aan zo’n 170.000 werknemers en realiseren een gezamenlijke omzet van ruim 22 miljard euro.
Meer informatieOp 14 februari jl. publiceerde BN De Stem een paginagroot interview met onze directeur Judith Vermeulen. Oprichtster en eigenaresse van twee technische bedrijven, genomineerd voor een award voor slim ondernemen, bestuurslid van Federatie Paneelbouw en lid van de Raad van Commissarissen bij Rabobank Amsterstreek. Het artikel had als titel ‘Ik zou graag meer vrouwen in de techniek zien‘.
Ondernemen in een mannenwereld
Judith vertelt in het interview over haar bedrijf Vekon en over ondernemen in een mannenwereld.
Naast een korte historische beschouwing rondom het ontstaan van de organisatie (Judith richtte Vekon 25 jaar geleden samen met haar vader op) en haar recente benoeming als ambassadeur van Brabants Besten, wordt er tijdens het interview ingezoomd op de inhoud van ons werk: “We zijn ooit begonnen met kabelassemblage. Tegenwoordig ontwerpen we met Vekon, een joint venture met AES uit Moerdijk, en produceren we besturingssystemen voor apparaten- en machinebouwers.”
Ook haar functioneren als vrouw in een technische omgeving komt ter sprake: “Ik zou graag meer vrouwen zien in de techniek. Maar krampachtig vasthouden aan quota geloof ik niet in. Ze moeten wel geschikt zijn en niet aangenomen worden omdat ze vrouw zijn. Ik zit mede hierom in de werkgroep ‘instroom’ van de Fedet. We ontwikkelen onder meer gezamenlijk activiteiten om meer studenten de keuze voor techniek te laten maken. Het techniekpact (2015) is succesvol, maar gericht op hbo- en wo-niveau, terwijl er ook zoveel technische mensen nodig zijn op mbo-niveau.”
Reactie op foto veroorzaakt commotie…
Het artikel ging vergezeld van bijgaande foto waarbij Judith in overleg met de fotograaf voor één van onze besturingskasten werd gepositioneerd, omdat daarmee de combinatie van vrouw in de techniek mooi in beeld kon worden gebracht.
Met toestemming van Judith, plaatste IW (Installatiewerk) Nederland het artikel op hun LinkedInpagina. Het artikel is op LinkedIn meer dan zesduizend keer bekeken.
Directeur Ron Tenge van Avans Hogeschool plaatste openbaar een reactie onder het artikel ‘Maar dan wel in een rok en op kekke laarsjes op een rood krukje he? Anders kun je net zo goed een man nemen. En vergeet de handen op de heupen niet, dan komt je figuur beter uit. En de jurk!’
Deze reactie wekte onbegrip op bij Judith: “Hoe haal je het in je hoofd om vandaag de dag zo’n reactie te plaatsen? Online en openbaar te lezen? Ik kon het eerst niet geloven dat iemand zo stom kan zijn. Niet alleen de seksistische reactie, maar ook nog eens door iemand met zo’n functie. Hoe leg je dit aan jonge vrouwen uit?”
Een storm aan reacties volgde. Zowel online als op de redactie van de krant leeft het onderwerp. Waarom zegt iemand zoiets? ‘Ouderwets’, ‘Tenge heeft kennelijk bedacht dat vrouwen er niet vrouwelijk uit mogen zien’ en ‘Waarom mag je niet mooi op de foto staan bij een artikel over je succesvolle bedrijf? Wie denkt nu in stereotypen?’. De krant plaatste wederom een artikel met Judith in een (ongewenste) hoofdrol: ‘Seksistische opmerking’ van Avans-directeur naar topvrouw wekt woede op’
Excuses aanvaard en klaar !
Uiteindelijk kwam de directeur van de Academie voor Veiligheid en Bestuur van Avans in Breda en Den Bosch met een nieuwe post om zijn excuses aan te bieden: ‘Ik betreur de commotie die is ontstaan naar aanleiding van mijn reactie. Ik ben er mij van bewust dat ik mij niet handig heb uitgedrukt en dat mijn reactie anders overkomt dan de bedoeling was.’ Avans Hogeschool kwam met dezelfde persverklaring naar buiten. Ook is er inmiddels persoonlijk contact door de heer Tenge met Judith geweest.
Judith geeft aan het hier verder bij te laten. “Ik accepteer de excuses van Tenge en Avans. De opmerking ging niet over de inhoud van het artikel en ik had liever zijn verhaal via de mail gehad dan in het openbaar, maar nu is het klaar !”.
BN De Stem besluit met hun artikel ‘Vrouwen op de werkvloer: Je krijgt de hele dag commentaar‘ met een reactie van directeur Kristel Groenenboom, eigenaar van Container Service C. Groenenboom in Oosterhout.. “Het is seksistisch en zo’n typisch voorbeeld wat in mijn boek ‘Mag ik meneer Kristel even spreken‘ voorkomt. Ik vind de foto heel netjes en begrijp niet dat dit beeld deze reactie uitlokt. Iedereen wil gerespecteerd worden om kennis en kunde. Dit mag niet afhangen van een kledingkeuze. Je moet jezelf zijn en dragen wat je wil.”
Meer informatie
Vanuit FME en Fedet is een gezamenlijke informatieve brochure verschenen over de Europese regelgeving en CE markering op gebied van de combinatie van schakel – en besturingskasten met machines en andere toepassingen.
Deze informatieve brochure biedt een leidraad om te bepalen welke regelgeving van toepassing is op gebied van CE markering voor schakel –en besturingskasten in combinatie met machines en in andere toepassingen.
Gebleken is dat uit de markt vanuit de machinebouw en de markt van fabrikanten van schakel- en besturingskasten veel vragen leven over dit deel van de Europese productregelgeving.
De brochure is gezamenlijk ontwikkeld door de sectie Paneelbouw van Fedet, de branche vereniging voor de elektrotechniek en de FME-RNCM groep van machinebouwers binnen FME.
Via deze link kunt u de brochure downloaden: ‘Brochure Schakel- en Besturingskasten en CE-markering’
Meer informatieMet het einde van 2017 in zicht verscheen Signaal nummer 43, het kennismagazine van onze toeleveringspartner Itsme voor de industriële markt. Het thema van dit exemplaar is Marine & Offshore, sneller, goedkoper en beter. Volop mooie verhalen over een eeuwenoude Nederlandse bedrijfstak die zichzelf opnieuw uitvindt.
Voor hun rubriek ‘Een kijkje achter de schermen’ mocht ik een bijdrage leveren rondom de invulling van mijn werkdag, persoonlijke en zakelijke drijfveren. Geheel passend in dit themanummer omdat wij met ons bedrijf al sinds 2001 actief zijn voor klanten in het segment Marine & Offshore.
Via deze link kunt u alle interessante inhoud van het kennismagazine Signaal #43 nog eens rustig tot u nemen. Langs deze weg dank aan de redactie van Signaal en de medewerkers van Itsme dat ik hierin mijn bijdrage mocht leveren.
Meer informatie
Woensdag 13 december 2017 is Judith Vermeulen, directeur van Vekon Electrical Engineering & Manufacturing, benoemd tot ambassadeur van Brabants Besten.
Brabants Besten zijn private MKB ondernemers die het goede voorbeeld geven op het terrein van Sociale Innovatie (werkprocessen vernieuwen en participerende aansturing), Inclusief Werkgeverschap (uit overtuiging mensen in dienst nemen met een afstand tot de arbeidsmarkt), Reshoring (het terughalen van bedrijfsactiviteiten uit het buitenland naar Nederland) en Flexicurity (het combineren van zekerheid en flexibiliteit op de arbeidsmarkt).
Samen met o.a. mede-ondernemer Ad van Iersel van de firma Van Iersel Geveltechniek uit Made is Judith door gedeputeerde Bert Pauli van Provincie Noord-Brabant (Economie en Internationalisering) benoemd tot Brabants Besten omdat zij uitblinken in de manier waarop zij hun medewerkers op vernieuwende wijze inzetten en de potentie van de Brabantse beroepsbevolking benutten.
Brabants Besten ondernemen op eigen risico, stellen de zakelijke waarde van menskracht voorop en hebben daarbij een groot maatschappelijk hart. Inclusief werkgeverschap is duurzaam verankerd in hun HR beleid en zij nemen regelmatig werkzoekenden met beperking of afstand tot de arbeidsmarkt zelf op de loonlijst.
Brabants Besten inspireren andere ondernemers actief met hun verhaal en expertise, dat maakt hen ambassadeurs voor het innovatief werkgeverschap. Zo dragen zij actief bij aan verdere ontwikkeling van het bedrijfsleven en economische groei. Voor de provincie zijn zij de voelsprieten in het veld en een goed klankbord voor het economisch arbeidsmarktbeleid.
De benoeming van Brabants Besten kreeg ook aandacht in de media. Omroep Brabant besteedde er een item aan in hun rubriek Brabant Nieuws. Ook op de website van de provincie Noord-Brabant is een toelichting te vinden op de keuze voor en de rol van Brabants Besten.
Er is ook een speciaal magazine Brabants Besten, innovatieve werkgevers 2018 uitgegeven waarin de verschillende ambassadeurs aan het woord komen. Onderstaande video geeft een goede impressie van de feestelijke uitreiking en de weg daar naar toe:
De paneelbouwbranche heeft een probleem: zij kampt met een structureel personeelstekort. Als voorzitter van de werkgroep Instroom & Opleidingen van de Federatie Paneelbouw lever ik mijn bijdrage om daar verandering in te brengen, het liefst bedrijfsoverstijgend en in samenwerking met onderwijs- en overheidsinstellingen, zoals de lancering van de eerste Nederlandse Instroom Award, waarmee de Federatie Paneelbouw in samenwerking met de Fedet, instroom-bevorderende initiatieven onder de aandacht wil brengen – ter inspiratie en ter navolging.
Problemen kunnen worden opgelost, maar beter nog is het om problemen te voorkomen. Het personeelstekort in de paneelbouwsector bezorgt ons nu veel kopzorgen, maar wat hebben we als branche eigenlijk zelf gedaan om de huidige personeelstekorten te voorkomen? Wat dragen we bij aan de oplossing van het probleem? Lange tijd hebben we verzuimd om onze sector te promoten, om aan jongeren te laten zien hoe leuk en interessant ons werkveld is. Misschien is het tijd om het klagen over falend overheids- en onderwijsbeleid te verruilen voor een constructieve dialoog. We kunnen beginnen met het stellen van vragen als: Wat kunnen we zelf doen? Wat hebben wij als brancheleden zelf in huis? Hoe kunnen we onze sector beter promoten en onderwijsinstellingen ondersteunen om onderwijsprogramma’s beter op onze praktijkbehoeften te laten aansluiten? En welke kennis- en vaardigheden verwachten we nu eigenlijk precies van onze nieuw instromende medewerkers?
Vanuit de overheid en de elektrotechnische industrie worden diverse initiatieven ontplooid om de instroom in de technische opleidingen te bevorderen. Helaas zijn de huidige initiatieven van afzonderlijke instanties als OOM, Uneto, FME, Fedet en Economische Zaken nog erg versnipperd om meetbare effecten te sorteren. Het feit dat veel subsidiegelden die al zijn vrijgemaakt ongebruikt weer naar EZ in Den Haag terugvloeien is in dit verband een teken aan de wand. Het personeelstekort is een structureel probleem en dat vraagt om een structurele benadering. Als voorzitter van de werkgroep Instroom & Opleidingen richt ik me daarom op het stelselmatig inventariseren van de behoeften en het leggen van nieuwe verbindingen tussen onderwijsinstellingen, paneelbouwbedrijven, overheidsinstanties en brancheorganisaties.
Samen praktische en duurzame oplossingen vinden om capaciteitsproblemen op te lossen en voor de toekomst te voorkomen, daar is het ons om te doen. En dat doel kunnen we alleen samen met onze leden bereiken. De eerste initiatieven zijn opgestart en de eerste resultaten zijn hoopgevend. Inmiddels wisselen diverse bij de Federatie Paneelbouw aangesloten paneelbouwbedrijven onderling medewerkers uit. Ook worden trainingen die door paneelbouwbedrijven zelf zijn ontwikkeld branchebreed uitgerold, zodat ook collega-bedrijven hun personeel kosteneffectief kunnen bijscholen. Daarnaast ontwikkelen we in samenwerking met het ROVC in Ede een competentiemeting waarmee federatieleden een gedetailleerd inzicht in het huidige kennisniveau van hun medewerkers krijgen. Deze nulmeting vormt een goed vertrekpunt voor het opstellen van opleidingsplannen voor bestaande en toekomstige medewerkers.
De werkgroep Instroom & Opleidingen van de Federatie Paneelbouw zal projecten blijven opstarten waarvan alle aangesloten bedrijven kunnen meeprofiteren. We nodigen ook u van harte uit bij te dragen en mee te profiteren van de mogelijkheden die ontstaan door in plaats van alleen probleemgericht nu samen oplossingsgericht te handelen.
Binnen dat kader geeft deze link naar de website van de Federatie Elektrotechniek een goede impressie van de eerste uitreiking van de Fedet Instroom Award. Een mooi initiatief om het tekort aan technisch geschoolde medewerkers gezamenlijk aan te pakken (met video).
Meer informatieAan de vooravond van de 4e industriële revolutie, is het goed om eens te overwegen wat de impact van die revolutie kan zijn op de ontwikkeling van uw en ons bedrijfsmodel en wat dat betekent voor de wijze waarop wij samenwerken.
Na de introductie van de stoommachine, het werken aan de lopende band en het automatiseren van de productie, biedt de 4e industriële revolutie, rondom het ontstaan van de Smart Industry, namelijk veel aanknopingspunten om bij stil te staan.
Samen kunnen we onze maakindustrie slimmer maken. Een (r)evolutie-theorie:
Smart Industry toegelicht
Onder Smart Industry verstaat men de industrie die zich kenmerkt door flexibiliteit en snelheid in de ontwikkeling van nieuwe producten en productietechnologieën door toepassing van ICT (Informatie- en Communicatie Technologie), in het hele proces van ontwerpen, produceren tot distribueren.
Daarmee worden processen en producten in allerlei industrieën efficiënter, kwalitatief beter en gaat alles op maat voor de klant. Minder oponthoud en minder verspilling dus.
De grondgedachte ligt bij de koppeling van machines binnen en buiten de fysieke grenzen van een organisatie. Workflows, die bestaan uit machines, (half)fabrikaten en (IT-)systemen, communiceren onderling op autonome wijze en vormen zichzelf organiserende netwerken in en tussen organisaties.
Daardoor is bijvoorbeeld benodigd materiaal en informatie altijd op het juiste tijdstip en op de juiste plaats beschikbaar of worden tussentijdse wijzigingen in planning en uitvoering altijd ‘online’ met betrokkenen (klanten, leveranciers, medewerkers) gedeeld. Altijd geïnformeerd dus.
Bij Smart Industry is sprake van horizontale integratie van gegevensstromen tussen partners, leveranciers en klanten en er is sprake van verticale integratie van gegevensstromen binnen organisaties. Gegevens hoeven vaak niet meer handmatig te worden ingevoerd in verschillende systemen. Geen versnipperde communicatie meer via bijvoorbeeld telefoon of e-mail. Er vindt een samensmelting plaats tussen de virtuele digitale wereld en onze eigen tastbare wereld.
Smart Industry maakt het mogelijk om:
‘Servitization’
Dankzij de razendsnelle ontwikkelingen op het technologische vlak van hard- en software, waarbij sensoren, actoren, cpu’s en management-systemen zelfstandig met elkaar communiceren, kunnen maakbedrijven hun proposities beter en goedkoper uitbouwen dan ooit. Door naast hun maakactiviteiten een mix van diensten aan te bieden verandert service voor de OEM-er (Original Equipment Manufacturer) van een kostenpost naar een kans om hun klant beter te bedienen. Hierbij spreekt men van ‘Servitization’.
Servitization wordt omschreven als het proces waarbij dienstverlening een steeds grotere rol speelt in het bedrijfsmodel van maakbedrijven. Dit strekt zich uit van een onderhoudscontract tot ‘pay-per-use’ of ‘products-as-a-service’.
Bij ‘products-as-a-service’ blijft de oem-er eigenaar van de machine en de klant als gebruiker betaalt op basis van uren of output voor de machine en het onderhoud. Een voorbeeld hiervan is de autofabrikant die zich ontwikkeld naar een leverancier van mobiliteitsoplossingen en bijvoorbeeld per kilometer betaald wordt.
Risico op storingen en (onverwachte) slijtage is in deze samenwerkingsvorm voor rekening van de oem-er. Investeringen in connectiviteit zijn voor dit bedrijfsmodel dan ook cruciaal want de beschikbaarheid van de oplossing wordt bevordert door informatie over ge- en verbruik en de noodzaak van correctief of preventief onderhoud.
Stilstand door storing of problemen met de kwaliteit hebben direct invloed op de omzet van de fabrikant en de relatie met haar afnemer. Analyseren en sturen op (big) data wordt dan ook de sleutel tot succes in de samenwerking. De traditionele relatie van een klant met een leverancier verandert naar die van een partner voor de (functionele) oplossing en haar gebruikers.
Verschuivingen in de bedrijfskolom
Met de verandering van het bedrijfsmodel van onze klant (de OEM-er) verandert ook het beroep op de toegevoegde waarde van Vekon als leverancier. Het primaire proces van onze partner verschuift van fabrikant richting dienstenleverancier en daarmee veranderen binnen de klantorganisatie ook de taken van ondersteunende diensten.
Productie en ontwikkeling vinden daarom steeds meer verdeeld in de toeleverketen plaats waarbij gespecialiseerde partijen met ieder hun eigen kerncompetentie nauw samenwerken om op internationaal niveau concurrerend te kunnen blijven. Naast productinnovatie is ook procesbeheersing rondom zaken als efficiency, flexibiliteit en kostenbeheersing daarbij belangrijk.
Wanneer ieder bedrijf in de waardeketen zijn taak goed uitvoert en daarbij gericht op gezamenlijke doelen op een open manier samenwerkt met andere spelers, kan de keten een goede balans vinden tussen innovatie en efficiency en als geheel succesvol zijn.
Waar men dit voorheen zelf deed wordt voor het elektrotechnisch ontwerp en de productie van besturingssystemen een beroep gedaan op Vekon. Binnen bovenstaande kaders schakelen wij natuurlijk graag mee.
Bijdragen aan succesvolle processen
In onze wereld waar doorlooptijden, prijzen en de beschikbaarheid van goed vakmanschap onder druk staan is slim en efficiënt ontwerpen, produceren en distribueren van belang. Alleen dan kunnen we met Vekon als elektrotechnisch toeleverancier waarde toevoegen aan succesvolle maak- en bewerkingsprocessen in de Nederlandse maakindustrie.
Slimme vormen van seriematig en kwalitatief hoogwaardig maatwerk dat aansluit bij het product en de processen van onze klant heeft de toekomst. Door het elektrotechnisch systeem al in de fase van het ontwerp te benaderen als een modulair concept met een vaste kern en opties, kunnen klant specifieke oplossingen met een korte doorlooptijd en met concurrerende prijzen worden gemaakt.
Toepassing van ICT-technologie (zowel in het product als in het proces) bevordert daarbij de kwaliteit en de efficiency van ons werk. Vekon heeft hiertoe de middelen en de kennis op het vlak van hardware engineering en de productie van besturingssystemen in huis.
Naarmate de samenwerking met onze partners zich ontwikkelt groeit het onderling vertrouwen en leveren we steeds meer oplossingen die allemaal perfect passen bij onze klantorganisaties.
Van alleen extra productiecapaciteit, naar volledig verzorgen van inkoop en productie tot bijdragen aan het (her)ontwerp en het inregelen van logistieke oplossingen (Vendor Managed Inventory) voor klant specifieke besturingskasten en –systemen kenmerkt onze toegevoegde waarde.
Uiteraard ook met toepassing van ICT ter bevordering van kwaliteit, transparantie en flexibiliteit. Maak kennis met onze ‘smart logistics’, we delen graag onze referenties.
Door resultaatgericht samen te werken, je te verplaatsen in de processen en uitdagingen van je partners en (met toepassing van ICT) optimaal gebruik te maken van elkaars mogelijkheden, expertise en vaardigheden worden de kosten in de keten geminimaliseerd en de kwaliteit en snelheid in de keten verbeterd.
Samen willen we succesvol zijn en de vooraanstaande maakindustrie in Nederland behouden. Gelet op de bijdrage van die maakindustrie, vanuit economische en innovatief oogpunt aan de BV Nederland, is dat ook voor onze overheid en ons onderwijs van groot belang.
Vekon, maakt slimmer !
(deze publicatie omvat delen van eerdere blogs als geplaatst op www.vekon.nl)
Meer informatieMits er zich geen verstoringen voordoen is een recente verwachting van het Centraal Plan Bureau dat de komende jaren de Nederlandse economie gemiddeld 1,8% zal groeien. Ook met de Nederlandse maakindustrie gaat het de goede kant op, maar de roerige economische tijden hebben wel hun sporen achtergelaten.
Bedrijven wringen zich nog steeds in allerlei bochten om hun klanten, vaak onder een hoge prijsdruk, tevreden te stellen. Juist die nadruk op een scherpe prijsstelling vraagt om keten georiënteerde samenwerking. Nu de markten aantrekken is het tijd om anders te leren denken en als klant samen met je leverancier toegevoegde waarde te gaan creëren.
In deze blog delen mijn compagnon en ik onze visies op waardecreatie in de maakindustrie. Door u een blik achter de schermen van onze onderneming te gunnen stellen wij ons open voor discussie over nieuwe ontwikkelingen in de markt, over succesfactoren, kansen, valkuilen en verantwoordelijkheden.
Ondernemen in de maakindustrie is als een zeilexpeditie met constant wisselende weersomstandigheden. We zijn ooit aan deze ondernemersreis begonnen om aan een actuele marktvraag te voldoen. In ons geval was dat de vraag naar capaciteit voor het samenstellen en bedraden van besturingspanelen. Nu, vele jaren en groei spurts later rijst wederom de vraag: Waar gaat deze ondernemersreis naar toe en wat is de beste koers om ook in de toekomst succesvol te zijn ?
Om een richting te kunnen bepalen moet je weten wat je vertrekpunt en wat je doel is. Ons doel is: als elektrotechnisch toeleverancier waarde toevoegen aan maak- en bewerkingsprocessen in de Nederlandse maakindustrie. Slim produceren en assembleren, daar draait het om in onze wereld waarin prijzen en goed vakmanschap onder druk staan.
Efficiënt maatwerk heeft de toekomst, en we richten ons op slimme vormen van enkelstuks productie en op kwalitatief hoogwaardige werk. We zijn natuurlijk niet het enige bedrijf dat zijn processen optimaliseert, maar we onderscheiden ons door verder te kijken dan onze interne werkprocessen – we kijken ook naar de processen van onze klantorganisaties, zodat we onze eigen werkwijze daar naadloos op kunnen laten aansluiten.
Dat vraagt om vertrouwen. Vanaf de eerste opdracht van een nieuwe klant zetten we ons in om dat vertrouwen te verdienen. Het vraagt ook om openheid van zaken ten aanzien van risicodeling en financiële verantwoordelijkheden. We leren ervan om samen met onze klanten nieuwe inzichten op te doen.
En het vraagt om een helder inzicht in de wensen en de bereidheid van elke afzonderlijke klant om Vekon niet alleen als assemblagebedrijf voor voldoende capaciteit te zien, maar ook als partner in de toeleveringsketen die graag meedenkt bij het nemen van productiegerelateerde beslissingen.
Als ondernemer in de maakindustrie krijg je te maken met verschillende typen klanten. Zo hebben we opdrachtgevers die incidenteel aankloppen wanneer zij worden geconfronteerd met een capaciteitstekort. Zij hebben vooral extra handjes nodig. Vaak leveren zij zelf alle benodigde materialen aan en verder is het aan ons om precies datgene te maken wat de klant van ons verwacht.
Onze ruimte om extra toegevoegde waarde te bieden, bijvoorbeeld door het ontwerp te optimaliseren of de materialen voor de klant te verzorgen, zijn voor dit type klant in deze fase beperkt. Naarmate de samenwerking langer duurt ontstaat de nodige ruimte en het nodige vertrouwen om de ketensamenwerking met deze ‘basic’ klanten te optimaliseren en ontwikkelt deze basic klant zich tot een duurzame, op gezamenlijke ketenoptimalisatie gericht klanttype: onze ‘advanced’ klant.
Niet elke basic klant evolueert naar een advanced klant. Soms blijft het bij incidentele opdrachten. Bij Vekon streven we ernaar om van elke basic klant een advanced klant te maken, gericht op het zo veel mogelijk ontzorgen van diezelfde klant.
Pas wanneer een klant werkelijk open staat voor verbetering kunnen wij het verschil maken. Dan ervaart onze klant de voordelen van doelgerichte samenwerking. Advanced klanten profiteren bijvoorbeeld van lagere inkoopprijzen voor materialen (omdat wij in grotere volumes inkopen) en van minder administratieve druk en logistieke kosten, bijvoorbeeld doordat wij ervoor zorgen dat altijd een vastgestelde hoeveelheid bewerkte producten op afroep klaarstaat. Ook de faalkosten kunnen doorgaans omlaag, naast de kosten van de assemblage per unit en kosten voor het testen van systemen.
Wanneer de samenwerking structureel wordt verschuift de advanced klant naar de volgende categorie: onze ketenpartner. Met dit type klant is gezamenlijk de grootste toegevoegde waarde voor de eindklant te realiseren. Dat komt voornamelijk door een ogenschijnlijk kleine, maar in de praktijk zeer waardevolle verschuiving: de samenwerkingsrelatie is gelijkwaardig en de toegevoegde waarde ontstaat doordat beide ketenpartners gezamenlijk nadenken en open communiceren over het belang van de eindklant.
Het is een verschuiving die dus in de eerste plaats van waarde is voor de eindklant, maar daarmee indirect ook voor de ketenpartijen zelf, want door als gelijkwaardige ketenpartners samen te werken onderscheiden zij zich gezamenlijk van andere, afzonderlijk opererende bedrijven en verstevigen zij hun concurrentieposities.
Het grote voordeel van projecten voor advanced klanten en ketenpartners is dat elke fase van het project grondig is doordacht, dat de materiaalstromen zonder haperingen plaatsvinden en niemand op iets of iemand hoeft te wachten en er geen verspilling is.
Bij projecten die we voor ketenpartners uitvoeren is onze toegevoegde waarde het grootst, omdat we niet alleen de bewerkingsprocessen kunnen optimaliseren, maar ook de ontwerptekeningen, de planning en de inzet van onze mensen en machines.
Doordat we in deze projecten steeds meer engineering taken voor eigen rekening nemen kunnen we de ontwerpen van de systemen zodanig op onze interne processen afstemmen dat we daarmee een extra efficiëntie- en kwaliteitswinst realiseren.
Ik beschouw deze fase dan ook als kans om zelf richting te geven aan de nieuwe projecten waaraan we werken. We staan open voor partijen die zelf ook openstaan voor een gezamenlijke procesoptimalisatie, in het belang van onze klant en uw eindklant.
Meer informatieBeïnvloed door economische ontwikkelingen wisselen wij binnen ons bedrijf regelmatig van gedachten over onze rol als toeleverancier voor de maakindustrie. Waar ligt de toekomst voor de maakindustrie in Nederland? Hoe ontwikkelt de internationale maakindustrie zich? Wat betekenen de ontwikkelingen voor de Original Equipment Manufacturer (OEM) en de toeleveranciers? Stuk voor stuk interessante vraagstukken voor de MKB-ondernemer.
Mijn overwegingen deel ik graag met u. Aandacht voor de maakindustrie, de uitdagingen en belangen van productiebedrijven in Nederland is immers belangrijk voor ons kennisniveau, de werkgelegenheid, de economie en de uitstraling van Nederland.
Wil onze economische groei over een langere periode boven het historische gemiddelde uitstijgen, dan is een hogere productiviteit essentieel in Nederland. Een goede manier om de productiviteit te verhogen is innovatie, zowel technologisch als niet-technologisch. Uit onderzoek*) blijkt namelijk dat de meest succesvolle Nederlandse ondernemingen circa 15% van hun omzet besteden aan innovatie. Binnen dat innovatieproces werken deze bedrijven nauw samen met hun klanten en toeleveranciers. Maar er is nog een reden voor het succes: ook door samenwerking met universiteiten, technologische instituten en andere kennispartners blijven succesvolle ondernemingen hun concurrenten telkens een stap voor.
Innovatie vraagt een andere managementbenadering dan bij activiteiten die gericht zijn op de efficiency, flexibiliteit en kostenbeheersing van bestaande producten en processen. Productie en ontwikkeling vinden daarom steeds meer verdeeld in de keten plaats, waarbij gespecialiseerde bedrijven met ieder hun eigen kerncompetentie nauw samenwerken.
Maakindustrie Nederland
Wanneer ieder bedrijf in de waardeketen zijn eigen taak goed uitvoert en daarbij op een open manier samenwerkt met andere spelers, kan de keten een goede balans vinden tussen innovatie en efficiency. Het eindresultaat zal voor elk van de individuele bedrijven beter zijn en de mogelijkheden vergroten. Vergelijk het met een topsporter die alleen succesvol kan zijn door over een langere periode zijn trainingsschema samen met een team van begeleiders (trainer, coach, fysiotherapeut) op dat ene doel af te stemmen.
Ook de BV Nederlandse Maakindustrie kan alleen de top bereiken door het totale proces samen op topniveau te brengen.
Binnen Nederland moet op alle niveaus in de keten worden samen gewerkt om groei, innovatie, efficiency en succes te realiseren: World Class Manufacturing (WCM).
WCM houdt in dat we samen, als BV Nederlandse Maakindustrie, de beste producten maken tegen de goedkoopste integrale kostprijs. Daarvoor moet de hele keten kloppen: machines, gereedschap, materiaal, mensen en processen. Maar ook de randvoorwaarden als politieke betrokkenheid, kwaliteit van het onderwijs en belangstelling voor de techniek zijn belangrijk voor succes op de lange termijn. Daar liggen volgens mij dan ook de uitdagingen voor de toeleveranciers in de Nederlandse maakindustrie en dat zijn tevens de kaders voor onze proposities.
Daar waar onze klanten, de Original Equipment Manufacturers, met passie en kennis wereldwijd uitblinken in hun markt, stimuleren wij als toeleverancier een bevestiging van deze reputatie door samen te werken aan de kwaliteit, flexibiliteit, rendabiliteit, service en betrouwbaarheid van hun product. Het is immers ook in ons belang om de prestatie van die topklant in stand te houden.
In de verschillende fasen van de productlevenscyclus nemen we daarom de verantwoordelijkheid voor (delen van) het productieproces van de klant over. We zorgen met ons dienstenpakket voor efficiencyverbetering en kostprijsreductie, zodat onze klant een deel van de hoge kosten voor o.a. marketing, onderzoek en ontwikkeling kan opvangen.
Concreet zijn onze proposities gericht op betrokkenheid bij componentkeuzes, het (her)ontwerp van modules, het organiseren van de samenwerking met klanten en toeleveranciers en het verzorgen van de productie op operationeel niveau. Volgens contractafspraak houden we eventueel ook hoogwaardige en complexe modules of maakdelen op voorraad.
Door samenwerking met kennispartners, overheid en onderwijsinstellingen stimuleren we de betrokkenheid bij de maakindustrie. We behartigen onze belangen eveneens door actief lidmaatschap van branche- en belangenverenigingen, participatie in werkgroepen, het bieden van stageplaatsen en het verzorgen van presentaties en open dagen. Het stoeien met onze strategie en het sparren met klanten en leveranciers over de toekomst van de Nederlandse maakindustrie werpt zijn vruchten af met interessante nieuwe relaties aan zowel de commerciële als de operationele kant. Samen werken we aan het opzetten en ontwikkelen van de beste industriële toeleveringsketen: World Class Manufacturing in optima forma!
Er zijn nog veel verbeterslagen te maken, waarbij we ongetwijfeld met talloze randvoorwaarden en invloeden van buitenaf te maken krijgen. Maar juist dat maakt het toeleveren aan de maakindustrie in Nederland uitdagend, boeiend en om trots op te zijn. Ongetwijfeld leidt ook deze dynamiek tot meer succes voor BV Nederlandse Maakindustrie!
(*) ‘Parels van de Nederlandse Maakindustrie’ – van der Geest & Heuts, 2006
Meer informatie“Next Level for industry” is de slogan van onze leverancier en gewaardeerde partner Rittal, die staat voor hun visie op de toekomst van de industriële productie.
Met het einddoel van hun relaties voor ogen, biedt Rittal producten en diensten voor efficiëntievoordelen bij paneelbouwers als Vekon, waar klanten steeds meer vragen om mee te delen in risico’s en verantwoordelijkheden rondom ontwikkeling en productie van besturingskasten en -panelen.
Samen met Rittal delen we vanuit Vekon graag onze kennis en kunde. Hoe kunnen we efficiënt en effectief, nu en in de toekomst, aan de vraag van onze klant uit de maakindustrie tegemoet komen en een bijdrage leveren aan het behoud van de productie in ons land?
Dat vinden wij ook belangrijk voor de stimulans van onze economie gericht op elementen als concurrentiekracht en het niveau van de technische opleidingen in Nederland.
Onder de kop ‘Minder fouten en kortere doorloop. Wat kunt u leren van Vekon?’ presenteert Rittal de ontwikkelingen bij ons bedrijf van de afgelopen jaren als klantcase.
Directeur Judith Vermeulen vertelt wat ‘Next Level for industry’ voor u kan betekenen op het gebied van procesoptimalisatie op de werkvloer, de noodzaak en praktische invulling van ketenoptimalisatie en het belang van “total cost of ownership”.
Daarnaast presenteert Rittal op de website een infographic die toont waar verbeterpunten binnen de paneelbouw liggen en waar we bij Vekon reeds aan werkten. De whitepaper ‘Efficiënter werken start met een goede basis‘ geeft daarbij ook voor u praktische handvatten.
Lees meer over onze klantcase via deze link: nextlevel4industry
Meer informatieVanuit mijn leidinggevende functie stem ik de koers van onze onderneming af op de wensen van onze klanten en medewerkers, maar kijk ik ook naar de kosten en de concurrentiepositie.
Daarom automatiseren we deelprocessen, om bewerkingskosten laag te houden, om faalkosten te minimaliseren en om een consistent hoogwaardige kwaliteit te kunnen garanderen. Machines, mits correct aangestuurd, zijn sneller en maken minder fouten dan productiemedewerkers van vlees en bloed, maar ze zijn doorgaans ook minder flexibel en ze kunnen gedurende het bewerkingsproces zelf geen oplossingen voor kleine uitdagingen verzinnen. Omdat we bij Vekon zowel maatwerkoplossingen als serieproducten realiseren streven we naar een optimale balans tussen menselijke en machinale krachten. Ons uitgangspunt: systemen dienen de mens, en niet andersom.
In Nederland was Vekon een van de eerste paneelbouwbedrijven met een eigen computergestuurde CNC-bewerkingsmachine. Daarmee werd een deel van de mechanische bewerkingen uit handen van onze medewerkers genomen. De kwaliteit van de werkvoorbereiding werd belangrijker, want waar een medewerker vroeger tijdens de uitvoering van het werk een fout in de werkvoorbereiding kon signaleren, daar voert de machine precies uit wat wordt opgedragen. Dat heeft ook gevolgen voor onze bedrijfsvoering. Ten behoeve van de automatisering zullen we een groot deel van de praktijkkennis van onze assemblagemedewerkers in onze procesbesturende systemen moeten integreren, waardoor we op termijn op de werkvloer anders opgeleid personeel kunnen inzetten. Maar met de automatisering wordt een steeds groter deel van het werk op de werkvloer minder uitdagend. Dat hoeft geen probleem te zijn, want niet iedereen is ongelukkig met repeterend werk, maar het segmenteren en automatiseren van arbeidsprocessen kan medewerkers die inhoudelijk uitgedaagd willen worden demotiveren, en dat wil ik voorkomen door onze bestaande medewerkers nieuwe perspectieven te bieden.
Kansen
Met de veranderingen van onze werkprocessen ontstaan ook nieuwe kansen. Zo hebben we steeds meer mankracht en expertise nodig bij de engineering en de werkvoorbereiding. Een deel van die expertise is opgebouwd door onze ervaren medewerkers op de werkvloer. Het doel is om die kennis al in de voorbereiding van de assemblage in te zetten, zodat machines correct kunnen uitvoeren wat vooraf is bedacht en in de systemen is ingevoerd. De uitdaging ligt erin om medewerkers van de aanstaande veranderingen te doordringen en te motiveren om zich verder te ontwikkelen.
Bij Vekon doen we dat onder andere door onze medewerkers 2-maandelijks te informeren over koerswijzigingen die inspelen op actuele en verwachte ontwikkelingen. We communiceren openlijk over de mogelijke consequenties voor de medewerkers. Want het moet gezegd: we hebben niet voor iedereen inhoudelijk interessant werk, maar er zijn altijd mogelijkheden om door te groeien. De reacties lopen uiteen: sommige medewerkers lijken de handreikingen in de wind te slaan, anderen onderkennen de urgentie en staan open voor interne en externe opleidingsmogelijkheden en weer anderen reageren zo enthousiast dat ik ze op de grenzen van onze en hun eigen persoonlijke mogelijkheden moet wijzen. Het gaat om de toekomst van mensen, en dat vraagt altijd om een individuele aanpak.
Flexibiliteit
De gesprekken met onze medewerkers leveren ons ook nieuwe inzichten op over de praktische waarde van procesautomatisering. Zo hebben we naar aanleiding van onderling overleg besloten dat we uitsluitend gebruik willen maken van machines die ook op zichzelf, ofwel standalone, kunnen functioneren, simpelweg om we niet volledig afhankelijk willen zijn van het digitale besturingssysteem. In een ideale situatie wordt de bewerkingsmachine vanuit Eplan Pro Panel aangestuurd, maar ook als we geen toegang tot Pro Panel hebben moeten we de bewerkingsmachine kunnen bedienen. Door procesautomatisering niet blindelings in te voeren en goed naar de behoeften van onze mensen op de werkvloer te luisteren houden we onze processen flexibel en maximaliseren we de continuïteit van onze werkprocessen.
Ik ben ervan overtuigd dat de inventiviteit, creativiteit en ervaring van medewerkers in de paneelbouwbranche onmisbaar is. Wat verandert is het gereedschap. Waar een assemblagemedewerker vroeger met een boormachine werkte, daar krijgt hij nu de beschikking over een volledig digitaal gestuurde bewerkingsmachine. Door productieprocessen te optimaliseren en waar mogelijk te automatiseren minimaliseren we onze productiekosten, door hoogwaardige maatwerkoplossingen te leveren zorgen we voor klantenbinding en door extra toegevoegde waarde te realiseren verstevigen we onze concurrentiepositie. Onze medewerkers zullen daarin een belangrijke rol blijven spelen.
In de volgende blog deel ik graag met u hoe ik me binnen de Federatie Paneelbouw inzet voor de toekomst van de Nederlandse paneelbouwsector en voor het optimaliseren van de ketensamenwerking tussen maakbedrijven. Reacties op deze blog zijn uiteraard weer van harte welkom.
Meer informatieLaat ik deze blog beginnen met een persoonlijke stelling: “Zolang je werkt vanuit een klant/leverancier-verhouding is elke optimalisatie een sub-optimalisatie en dus niet het meest effectief.”
Hoe ik tot deze overtuiging ben gekomen? Dat leest u in deze editie van mijn blogreeks over waardecreatie in de maakindustrie.
In de maakindustrie komen de meeste samenwerkingen voort uit traditionele klant/leverancier-verhoudingen. Zij zijn aanvankelijk niet proces- maar bovenal prijs- of capaciteitsgericht; de klant zoekt om een van die redenen een leverancier die een deel van zijn ontwerp- of productieproces kan verzorgen.
De klant meldt zich aan de poort van je bedrijf en legt zijn wensen op tafel en jij doet er alles aan om aan alle wensen te voldoen. In dit stadium komen o.a. de materialen, de richtlijnen voor het ontwerp of assembleren en de gewenste leveromvang via de klant binnen. De klant betaalt en de klant bepaalt, dat is het uitgangspunt.
Pas wanneer het vertrouwen van de klant is gewonnen ontstaat er ruimte voor diversificatie en voor een intensievere, bredere en meer gelijkwaardige samenwerking. Dit organische proces ontvouwt zich doorgaans langs voorspelbare lijnen: de klant heeft een prijs- of capaciteitsprobleem, de leverancier lost dit probleem op, de klant is tevreden en begint ook andere werkzaamheden uit te besteden. Samen met het langzaam opgebouwde vertrouwen groeit de ruimte voor andere vormen van samenwerking.
De leverancier kan de inkoop van de nodige materialen op zich nemen en uiteindelijk halffabrikaten of gereed product van de plank of in consignment leveren. Voor de klant levert dit logistieke en financiële voordelen op. Dit is een toegevoegde waarde die je als leverancier of in ons geval als (elektro)technisch assemblagebedrijf alleen kunt leveren als de klant daar zelf voor open staat. Ofwel: in deze fase bepaalt de betalende klant en is de ruimte om te optimaliseren voor de leverancier beperkt.
De leverancier kan zijn interne werkwijze zo goed mogelijk afstemmen op de klantwensen en omstandigheden waarmee hij te maken heeft, maar heeft weinig invloed op die omstandigheden zelf: de wijze van aanleveren van materialen, de informatieoverdracht vanuit de klantorganisatie, logistieke processen, testprocedures, etcetera. Elke optimalisatie die in deze fase van de samenwerking plaatsvindt is per definitie een beperkte optimalisatie en daarmee minder effectief dan een optimalisatie die vanuit een gezamenlijke visie of een gezamenlijke aanpak ontstaat.
Een voorbeeld: voor een van onze klanten voerden wij tests uit op de door onze medewerkers geassembleerde besturingskasten. Later bleek dat de klant zelf nog enkele wijzigingen in de kast doorvoerde, wat de resultaten van onze eindcontrole overbodig maakte. Dit kwam aan het licht toen wij een meer open en gelijkwaardige samenwerking met de klant hadden bereikt en gezamenlijk de procedures rondom het onderwerp ‘eindcontrole’ wilden optimaliseren.
Dienstbaarheid aan de opdrachtgever en de primaire klantwensen, met inzet van alle beschikbare flexibiliteit van je organisatie, het is en blijft belangrijk om het vertrouwen van je klanten te verdienen.
Maar waar de aloude klant/leverancier-verhouding vroeger in steen gebeiteld leek (al kwam het vertrouwen ook toen al te voet en ging het te paard), daar vraagt de markt tegenwoordig om intensievere samenwerkingsvormen. De eindgebruiker is namelijk steeds minder geïnteresseerd in de toegepaste technieken en materialen, en steeds meer in de bedrijfseconomische resultaten van een specifieke oplossing of organisatie (Total Cost of Ownership).
Om concurrerend en innovatief te blijven is het voor alle marktspelers belangrijk om voortdurend te onderzoeken waar ketensamenwerkingen schaal- en kostenvoordelen kunnen opleveren. Dat is een continu proces waarin de enige constante de veranderlijkheid zelf is.
Dit is alleen mogelijk als marktpartijen elkaar niet uitsluitend als klant of als leverancier zien, maar als partners die beide open en oplossingsgericht samenwerken en een gezamenlijk belang dienen: dat van de eindgebruiker. Blijf je echter in de klant/leverancier verhouding hangen, dan kun je intern optimaliseren wat je wilt, maar hou je altijd een mate van inefficiëntie in het ketenproces. Dan ben je als toeleverancier bijvoorbeeld gericht bezig op het verbeteren van doorlooptijden die vervolgens teniet worden gedaan door inefficiënte logistieke processen.
Elke productieketen is zo sterk en efficiënt als de zwakste schakel, en dat is meestal de schakel tussen de afzonderlijke organisaties in de productieketen. Wil je die schakels soepeler laten bewegen, is een kijkje in de keuken bij elkaar een goed begin. Dus open je agenda en maak structureel afspraken voor een bezoek aan je vaste klanten en toeleveranciers. En laat tijdens die bezoekjes de oogkleppen van de allesbepalende klant dan wel de bril van de timide toeleverancier thuis, dan gaat er voor iedereen een wereld open waarin we het samen beter kunnen doen.
Meer informatieMooi, die mogelijkheden en ideeën over ketensamenwerking in de Nederlandse maakindustrie. In mijn vorige blogs noemde ik al enkele voordelen (zie blogs: de waarde van open ketencommunicatie en het realiseren van schaalvoordelen).
Maar welke risico’s kunnen met ketensamenwerking gepaard gaan? En hoe worden deze risico’s verdeeld over de projectpartners? In deze nieuwe blog over waarde creatie in de maakindustrie deel ik mijn inzichten en ervaringen over risicomanagement in de waardeketen.
Een nieuwe bijdrage van achter de schermen van onze organisatie waarbij mijn compagnon en mededirecteur Judith Vermeulen en ik om beurten delen rondom ontwikkelingen, succes, valkuilen en verantwoordelijkheden bij samenwerking gericht op waarde creatie in de maakindustrie.
Elke ondernemer weet: zonder risico’s geen succes, maar slimme ondernemers weten ook dat risico’s beheersbaar moeten blijven – en dat geldt in het bijzonder voor projecten die je gezamenlijk met ketenpartners aangaat. Dat iedereen probeert om zijn eigen financiële risico’s te minimaliseren is begrijpelijk, maar bij Vekon waken we ervoor dat financiële risico’s stilzwijgend naar projectpartners worden doorgeschoven.
Ketensamenwerking kan naar mijn mening pas duurzaam succesvol zijn wanneer ook alle risico’s op een verantwoorde manier over alle ketenpartners worden verdeeld. Zelf hanteer ik de stelregel dat het risico van elke ketenpartner in verhouding moet staan met de hoogte van de toegevoegde waarde die de partner aan de productieketen toevoegt, ofwel: het aandeel van de totale projectomzet van elke ketenpartner is bepalend voor de hoogte van het risico. Dat vraagt om transparantie omtrent alle risico’s en de verdeling van de opbrengsten.
In veel gevallen ontstaat ketensamenwerking vanuit een operationele behoefte. Soms moet een partner tijdelijk bijspringen om een capaciteitstekort aan te vullen of weten bedrijven elkaar te vinden om gezamenlijk aan specifieke eisen van een opdrachtgever te kunnen voldoen.
Het gevolg van deze organische ontstaanswijze van samenwerkingen in de toeleveringsketen is dat er vaak geen duidelijke afspraken over risico’s en verantwoordelijkheden worden gemaakt. Daardoor loopt de partij met het minste zicht op de projectrisico’s het gevaar om onevenredig risicodragend te worden. Dat is vaak niet eens in het belang van de opdrachtgever.
Dus wanneer is het punt bereikt om contractueel vast te leggen hoe risico’s en verantwoordelijkheden tussen ketenpartners worden verdeeld ? En wie neemt daarbij het voortouw ? Daar zijn geen vaste regels voor, maar ik kan wel vertellen hoe we daar vanuit Vekon invulling aan geven en per project of per klant tot een werkbare Service Level Agreement komen.
De gezamenlijke afspraken die je als partners met de opdrachtgever maakt vormen het fundament. Wanneer ketensamenwerking wordt gebaseerd op onduidelijke klantverwachtingen en vooronderstellingen, dan ontstaat onduidelijkheid over de feitelijke risico’s en dat kan ten koste gaan van de kwaliteit en stabiliteit van de samenwerking.
Effectief risicomanagement vraagt om een goed ontwikkeld risicobewustzijn, waarin alle betrokken partijen bewust omgaan met onzekerheden, en dient dan ook netwerkbreed te worden aangepakt. Alle betrokken partijen kunnen bijvoorbeeld gezamenlijk naar de productie- en distributieplanning kijken en deze op elkaar afstemmen. Daarbij zijn de eisen van de klant richtinggevend. Hoe hoger deze eisen zijn, hoe hoger de risico’s voor de gehele toeleveringsketen. Het totale risico voor de eindklant moet zo volledig en nauwkeurig worden gekwantificeerd om dit risico vervolgens op een transparante wijze over de betrokken ketenpartners te kunnen verdelen.
Door het in kaart te brengen van de risico’s worden wij ons samen met onze ketenpartners bewust van de operationele en financiële gevolgen van bijvoorbeeld te late leveringen of slecht materiaal. Dankzij een goede voorbereidingen kunnen we tijdig op mogelijke oponthoud reageren. Voor sommige risico’s zullen aanvullende beheersmaatregelen worden getroffen, andere risico’s kunnen bewust worden aanvaard en gezamenlijk worden gedragen of via een heldere verdeelsleutel over de ketenpartners worden verdeeld.
De maakindustrie is gelukkig nog steeds een resultaatgerichte industrie waarin geld en waarde nog op een ‘ouderwetse’ manier aan elkaar gekoppeld zijn. De feitelijke toegevoegde waarde van elke productiestap kan in onze branche nog duidelijk worden bepaald, en daarmee ook de verdeling van winsten en risico’s bij samenwerking met partners.
Ketensamenwerking wordt blijvend succesvol als alle risico’s voor alle betrokken partners, die voortvloeien uit de wensen, eisen en risico’s van de eindgebruiker, helder in kaart worden gebracht en gedeeld. Vervolgens is er altijd wel een passende oplossing te vinden om deze risico’s op een eerlijke manier te verdelen en gezamenlijk te dragen.
Risicomanagement in de keten is, net als alle andere productiefactoren, een kwestie van geven en nemen, dient in de projectplanning te worden meegenomen. Door resultaatgericht samen te werken, je te verplaatsen in je ketenpartners en optimaal gebruik te maken van elkaars mogelijkheden, expertise en vaardigheden kunnen de totale kosten voor het dragen van het risico worden geminimaliseerd en dienen als basis voor gezamenlijk succes.
Meer informatieSamen toegevoegde waarde creëren voor de eindgebruiker, dat is het doel van ketensamenwerking. Maar wat zijn de gevolgen voor de medewerkers van de maakbedrijven door veranderingen in functies (taken en verantwoordelijkheden) door ketensamenwerking?
Wanneer medewerkers zich tegen deze veranderingen verzetten kan dat een optimalisatie van processen in de weg staan. Bouw daarom samen met je medewerkers aan een cultuur waarin waardecreatie centraal staat, dan volgt de rest (bijna) vanzelf.
Periodiek delen mijn compagnon Judith vermeulen en ik onze visie en ervaring rondom waardecreatie in de maakindustrie. In deze blog een beschouwing op de invloed van verschuivingen in de industriële toeleveringsketen op de medewerkers die er bij betrokken zijn.
Ketensamenwerking creëert toegevoegde waarde als ketenpartners erin slagen om vaardigheden waarin zij excelleren te optimaliseren. Zo kan intensieve samenwerking tot vergaande specialisatie leiden. Het kan ook betekenen dat je als ketenpartner deeltaken van je klant en/of toeleverancier overneemt. Daarnaast zorgt de voortschrijdende automatisering voor grote veranderingen van het werkveld. Als directeur van een maakbedrijf draag ik mede de verantwoordelijkheid voor de arbeidszekerheid van onze medewerkers. Het is dan ook mijn taak om onze vakmensen voor te bereiden op toekomstige veranderingen van hun taken en verantwoordelijkheden, want één ding is zeker: verschuivingen en automatisering hebben consequenties voor bestaande functies.
Laten we eerlijk zijn: niemand houdt van onzekerheid, zeker als je baan op het spel lijkt te staan. In de praktijk zie je dat medewerkers heel verschillend reageren op de veranderingen die voortvloeien uit nieuwe vormen van ketensamenwerking, automatisering en procesoptimalisatie. Waar de ene medewerker nieuwe mogelijkheden ziet om zich verder te ontwikkelen daar zet de volgende de hakken in het zand en lijkt weer een ander juist onverschillig ten aanzien van de veranderingen.
De beste manier om medewerkers een constructieve rol bij de veranderingen te geven is om gezamenlijk de kansen voor hun professionele ontwikkeling in kaart te brengen. Bij het optuigen van een nieuwe ketensamenwerking wordt vaak de fout gemaakt dat de eigen medewerkers onvoldoende bij het veranderingsproces worden betrokken, maar juist door open te staan voor hun persoonlijke ideeën maak je als ketenorganisatie nog beter gebruik van de beschikbare expertise in je bedrijf en creëer je ook intern voldoende betrokkenheid om de ketenoptimalisatie naar de werkvloer te brengen.
Niets is zeker, behalve dat niets bij het oude blijft, en dat geldt in het bijzonder voor de bestaande functies in de maakindustrie – zij veranderen als gevolg van digitalisering en specialisatie van processen. Neem de functie van de inkoper: in de oude situatie, waarin elk bedrijf in de keten uitsluitend verantwoordelijkheid droeg voor het eigen aandeel van het productieproces, had de inkoper de vastomlijnde taak om de materialen voor het realiseren van een (deel)product op tijd te bestellen zodat de productiemedewerkers zonder oponthoud aan een volgende klus kunnen beginnen. In de nieuwe situatie, waarin we steeds nauwer met ketenpartners samenwerken, wordt de inkoper meer en meer een supply chain manager die voortdurend alle mogelijkheden onderzoekt om de ketenprocessen nog soepeler en nog efficiënter te laten verlopen. De competenties voor de nieuwe functie van ‘ketenbewaker’ zijn echter niet vanzelfsprekend dezelfde als voor die van inkoper. Het is onze taak als ondernemers om de nieuwe wensen en eisen die we aan onze medewerkers stellen zo helder mogelijk te formuleren.
Als leidinggevende moet je elke medewerker afzonderlijk overtuigen van de kansen die hierdoor ontstaan. Daarnaast zul je realistisch moeten zijn over de uitdagingen die de veranderingen met zich meebrengen. Zo zullen bestaande functies door de ketenverschuivingen minder vastomlijnd zijn en kunnen medewerkers van de betrokken partners tijdelijk in elkaars vaarwaters terechtkomen. Hoe succesvoller de ketensamenwerking met andere bedrijven wordt, hoe groter de kans dat deze effecten ook bedrijfsoverstijgend optreden. Maar zoals het met alle veranderingen gaat: na de groeipijntjes en de kinderziektes komt de fase van volwassenheid. Zolang de belangen van de eindklant niet uit het oog worden verloren moet je als organisatie flexibel genoeg zijn om de veranderingen te faciliteren.
Elke keten is zo sterk als de zwakste schakel, en daarom is het voor het realiseren van een optimaal functionerende ketensamenwerking in de eerste plaats van belang om de arbeidsprocessen in je eigen organisatie te optimaliseren. Door methodieken als Lean, Kaizen en 5S te implementeren leren onze medewerkers om organisatie breed te denken en om hun eigen werkzaamheden als bepalende schakels binnen het grotere geheel van de gehele productieketen te beschouwen. Procesoptimalisatie en keteninnovatie vraagt dus in de eerste plaats om een vogelperspectief bij alle medewerkers. Door hen bewust te laten nadenken over de invloed van hun werkwijze op het gehele productieproces wordt de optimalisatie van de hele keten een vanzelfsprekende stap.
Dat wil niet zeggen dat alles verder vanzelf gaat. Door een helder beeld te schetsen van bijvoorbeeld de marktontwikkelingen en de concurrentieverhoudingen, raken onze medewerkers overtuigd van de noodzaak van procesoptimalisatie. Vervolgens stel ik de vraag: hoe denken jullie daar vanuit jullie eigen functie aan bij te dragen? Vaak levert dat interessante ideeën en invalshoeken op, die ik meeneem bij het bepalen van nieuwe werkwijzen. Zo kan een inkoper meedenken over (duurzaam) verpakkingsmateriaal of over logistieke zaken of kan een productiemedewerker ideeën aandragen over het reduceren van afval. Het uitgangspunt is dat iedereen wordt gestimuleerd om mee te denken. Wanneer medewerkers begrijpen waarom veranderingen nodig zijn zullen zij niet alleen minder geneigd zijn om zich hiertegen te verzetten – zij zullen zich persoonlijk inzetten om een bijdrage te leveren en zichzelf verder ontwikkelen. Dit alles vraagt om voldoende wederzijds vertrouwen en een duidelijke focus op het organisatiebelang of liever nog: op het belang van de eindgebruiker. Als je medewerkers ongevraagd suggesties aandragen om de organisatie beter, sneller en efficiënter te laten functioneren, dan weet je dat je op de goede weg bent.
In de volgende blog ga ik graag dieper in op de voortschrijdende digitalisering en automatisering van productie- en bewerkingsprocessen als drijvende kracht achter keteninnovatie en waarde creatie in de maakindustrie. Tot dan. In de tussentijd nodig ik u van harte uit om op deze blog te reageren.
Meer informatieWelkom bij onze blogreeks over waardecreatie in de maakindustrie.
Mijn compagnon Judith Vermeulen en ik gingen eerder in op diverse aspecten van waardecreatie in de maakindustrie, te weten de toegevoegde waarde van diversiteit: ‘Mens en techniek’, de toegevoegde waarde van goede communicatie: ‘Openheid in de toeleveringsketen’ en de effecten van ketensamenwerking: ‘Organisatieverandering door ketensamenwerking’.
In deze vierde blog richt ik me op een van de meest in het oog springende voordelen van waardecreatie als gevolg van ketensamenwerking: het realiseren van schaalvoordelen.
Mijn naam is Judith Vermeulen en ik ben mede-eigenaar van Vekon Besturingstechniek in Made. Om beurten bloggen Judith en ik, ieder vanuit onze eigen ervaringen, overtuigingen en expertise rondom waardecreatie in de maakindustrie. Door u een blik achter de schermen van onze onderneming te gunnen, stellen wij ons open voor het uitwisselen van gedachten over nieuwe ontwikkelingen in onze branche. Het doel van onze blogs is het bevorderen van de samenwerking en het faciliteren van groei van bedrijven in de maakindustrie door ervaringen te delen en informatie uit te wisselen.
Internationalisering van de markt, de opkomst van competitie uit lagelonenlanden, de schaalvergroting van maakbedrijven in landen als Duitsland – dit alles zet de prijzen ook in ons land onder druk. Om winstmarges veilig te stellen en om concurrerend te blijven kiest Vekon voor procesautomatisering en voor nieuwe vormen van ketensamenwerking. Daarbij richten we ons in de eerste plaats op de samenwerking met onze eigen leveranciers en partners. De schaalvoordelen die deze ketensamenwerkingen opleveren voegen waarde toe voor onze eindklant.
Het oud-Hollandse spreekwoord ‘het moet uit de lengte of uit de breedte komen’ is meer van toepassing dan ooit, want de gemiddelde productiekosten moeten hoe dan ook omlaag, maar dan wel zonder concessies te doen aan de kwaliteit en flexibiliteit. Om het hoofd te kunnen bieden aan soortgelijke bedrijven in landen waar maakbedrijven vaak groter zijn dan in ons land, moeten wij de schaalvoordelen in de eerste plaats zoeken in actieve samenwerking met ketenpartners. Het vinden en realiseren van de beste oplossing voor de eindklant is een opgave die ontwikkelaars, maakbedrijven en toeleveranciers daarom het best gezamenlijk kunnen aangaan.
Het realiseren van schaalvoordelen door intensieve ketensamenwerking is alleen mogelijk wanneer de opdrachtgever aan de ketenpartners voldoende ruimte geeft om deze schaalvoordelen te realiseren. Opdrachtgevers die willen profiteren van de functionele en bedrijfseconomische voordelen die een goede ketensamenwerking van de toeleveranciers oplevert doen er goed aan om samenwerking te initiëren en te stimuleren.
Nu is de maakindustrie in Nederland in menig opzicht een nogal behoudende sector, waar veel inkopers nog vanuit traditionele klant/leverancier-verhoudingen (lees: prijs !) denken. Kies je als maakbedrijf echter voor de nieuwe, op samenwerking gerichte stijl van ondernemen, dan is mijn ervaring dat je vooral die relaties aantrekt die dit begrijpen en die bewust kiezen voor een functionele aansturing van de projecten (lees: naast prijs facetten als beschikbaarheid, doorlooptijden, voorraadniveaus, product- en procesinnovatie).
Daardoor ontstaan mooie vormen van samenwerking. Wij zaten bijvoorbeeld aan tafel bij een machinebouwer met als doelstelling verdubbeling van het productievolume binnen termijn x. Omdat we dat met alleen onze capaciteit niet aan zouden kunnen zijn we samen met de klant een traject in gegaan om een gelijke partij te vinden die dezelfde taal spreekt en dezelfde diensten biedt. Naast extra capaciteit leverde dat de klant ook risicospreiding. En inmiddels werken wij samen met deze derde partij ook voor andere opdrachtgevers.
We denken dan ook niet langer in traditionele concurrentieverhoudingen, maar in mogelijkheden om samen met anderen extra toegevoegde waarde te creëren.
Een van de meest in het oog springende schaalvoordelen van een intensieve ketensamenwerking is de mogelijkheid van een gezamenlijke inkoopbeleid. Zo kwam ik er onlangs achter dat een relatie waarvoor wij werken bij een gezamenlijke toeleverancier inkoopt. Deze leverancier kenden we goed want ook Vekon is daar een vaste afnemer. Zowel logistiek als administratief zaten er in de oude wijze van samenwerken tussen deze drie partijen een hoop overbodige handelingen.
Door taken en verantwoordelijkheden rondom de inkoop bij de betreffende partij onderling beter te verdelen realiseren we nu volumekortingen, worden onderdelen met minder transportkosten rechtstreeks naar onze werkplaats vervoerd, zijn we sneller en heeft de klant er in het geheel geen omkijken meer naar. Nadat we een afspraak over de opslagen en levertijden hadden gemaakt nam onze klant deze optimalisatie tussen partijen in zijn toeleveringsketen dan ook graag over. Het lijkt een voor de hand liggende ‘no brainer’, maar om schaalvoordelen te kunnen realiseren moet je ze wel eerst herkennen, ofwel: je kunt pas goede toegevoegde waarde leveren als je de functionele behoeften van de klant kent en begrijpt.
Niet alleen het gezamenlijk inkopen van materialen vergroot de inkoopkracht en zorgt voor kostprijsvoordelen – denk dus ook aan logistieke en administratieve optimalisatie. Deze kunnen besparingen opleveren als gevolg van grotere handling- en transporteenheden, gedeelde onderhoudskosten voor het gebruik van machines, een reductie van het aantal transporthandelingen en het minimaliseren van administratief werk rondom het afhandelen van inkooporder en pakbonnen.
Verder biedt ketensamenwerking nieuwe mogelijkheden voor een betere verdeling van de beschikbare expertise en vakkennis. Dit een interessant schaalvoordeel in een periode waarin de ervaren vakkrachten door de vergrijzing uitstromen en waarin veel maakbedrijven kampen met een structureel tekort aan goed opgeleid vakpersoneel.
Al deze schaalvoordelen resulteren voor alle betrokken partijen uiteindelijk in kostenbesparingen en daarmee in een betere marktpositie.
Een belangrijk aandachtspunt is de verdeling van de besparingen uit de schaalvoordelen over de ketenpartners en de eindklant.
Ik spreek uit eigen ervaring als ik stel dat een transparant inkoopbeleid en een ondubbelzinnig verdien- en vergoedingsmodel onmisbaar zijn voor een vruchtbare ketensamenwerking. Heldere afspraken over opslag en transport en een heldere verdeling van de projectrisico’s zijn een voorwaarde voor een optimale ketensamenwerking. Daarmee voorkom je later veel misverstanden en bouw je samen aan een sfeer van vertrouwen.
Hierover meer in mijn volgende blog. En mocht u naar aanleiding van deze blog eens persoonlijk van gedachten willen wisselen en onderzoeken welke raakvlakken onze organisaties met elkaar hebben en waar we gezamenlijk extra toegevoegde waarde voor onze klanten kunnen genereren, neem dan vooral contact met me op.
Meer informatieHoe is het om als vrouw in de mannenwereld van de industriële techniek te ondernemen? Deze vraag, die mij geregeld wordt gesteld, beantwoord ik graag met een tegenvraag: Waarom is de techniek en meer specifiek de paneelbouwbranche nog steeds voor een groot deel een mannenwereld ?
Mijn naam is Judith Vermeulen en ik pleit voor meer diversiteit, kennisdeling en ketensamenwerking in de maakindustrie. Samen met mijn compagnon en mededirecteur Nick Simonis schrijf ik periodiek een blog over diverse onderwerpen gerelateerd aan de maakindustrie.
Het doel van onze blogs is het bevorderen van de samenwerking en het faciliteren van groei van bedrijven in de maakindustrie door ervaringen te delen en informatie uit te wisselen.
In deze serie blog-artikelen deel ik mijn visie op waardecreatie in de maakindustrie en op de factoren die naar mijn mening bepalend zijn voor een succesvolle waarde-optimalisatie in de productieketen. Hiermee gunnen we vanuit Vekon de lezer een blik achter de schermen van de Nederlandse paneelbouwsector.
Wij doen dit vanuit onze overtuiging dat openheid en een optimale samenwerking in de gehele productieketen nodig is om de internationale concurrentiepositie van deze sector te versterken. En die samenwerking ontstaat op basis van vertrouwen en transparantie.
In deze blog wil ik openhartig zijn en ook de fouten uit het verleden waarvan we het meest hebben geleerd met u delen.
Ik begin bij mezelf, bij mijn eigen rol als directeur van Vekon, een uniek engineering en assemblagebedrijf, waar mensen met uiteenlopende vaardigheden en persoonlijkheden zich vol overgave inzetten om waardevolle diensten te leveren: van smart engineering tot procesoptimalisatie en van voorraadbeheer tot het vakkundig assembleren van elektrotechnische producten.
Ja, u leest het goed, ik ben trots op dit bedrijf en op elke man en vrouw die hier werkt.
Techniek en mensen
Toen ik in 1993, samen met mijn vader Vekon, onderdeel van Vekon, oprichtte, kon ik niet vermoeden hoe nuttig mijn ‘vrouwelijke’ eigenschappen als communicatiebereidheid en inlevingsvermogen in deze business zouden zijn.
Maar nu, jaren later, durf ik uit volle overtuiging te stellen dat het in de wereld van de maakindustrie, net als in de rest van de wereld, in de eerste plaats om relaties draait, om heldere afspraken en om betrouwbaarheid. Deze intermenselijke aspecten vormen de basis voor het vertrouwen dat onze vaste klanten in Vekon stellen.
Ofwel: de belangrijkste basis voor een optimale waardecreatie in productieketens is de betrokkenheid, vakkundigheid en motivatie van je medewerkers. Hun expertise, ervaring en procestechnische inzichten maken het verschil.
Mensen en techniek
Daar zetten we als Vekon heel gericht op in, niet omdat het de makkelijkste manier is, maar omdat het de beste resultaten voor de klant oplevert. Om die toegevoegde waarde van dat extra beetje kwaliteit, functionaliteit en gebruiksvriendelijkheid te leveren is meer nodig dan gestroomlijnde processen. Dat vraagt om inzicht, creativiteit en een scherp beoordelingsvermogen.
Het zijn geen machines of systemen die bedenken dat een aanpassing in een ontwerp de kwaliteit, functionaliteit en gebruiksvriendelijkheid van het eindresultaat kan verhogen. Het zijn de mensen die hier werken die dat doen – zij alleen voegen deze extra waarde toe. Een optimale waarde creatie begint dus met een mensgericht aannamebeleid.
Heeft iemand de juiste vaardigheden en ervaring is daarbij minder van belang dan een goede match tussen onze op waardecreatie gerichte werkwijze en de persoonlijke ambities van de sollicitant. Wij zoeken mensen met een oprechte passie voor het vak – als ik die passie bespeur, dan weet ik dat de motivatie va de medewerker en daarmee zijn of haar persoonlijke inzet en betrokkenheid bij de behoeften van de klant gewaarborgd zijn. Die klantgerichtheid is een van de onderscheidende kenmerken van Vekon.
De wereld van de elektrotechniek staat nooit stil, en natuurlijk investeren we in nieuwe machines en slimme processen (waarover meer in latere blogs), maar het opbouwen van een succesvol bedrijf in de techniek is ook mensenwerk. Hoe langer ik leiding geef aan dit bedrijf, hoe dieper mijn inzicht in de intermenselijke processen binnen en buiten dit bedrijf.
Een heldere visie op de marktontwikkelingen en op de strategische koers van je organisatie is ook belangrijk. Daarom investeren we momenteel in de capaciteit en kwaliteit van onze engineeringdiensten, waarmee we zowel voor de klant als voor onze interne bewerkingsprocessen een extra grote toegevoegde waarde kunnen bieden.
Ook dit is weer een investering in mensen, want goede techniek begint bij betrokken medewerkers met talenten en karakters die elkaar aanvullen.
In mijn volgende blog ga ik graag dieper in op het belang van communicatie en informatiemanagement bij waardecreatie. Daar kijk ik naar uit.
Meer informatieDr.Ir. Jaap van Ede, hoofdredacteur van procesverbeteren.nl, doet verslag van de ontwikkelingen bij Damen Shipyards, waar visionair directeur Kommer Damen een revolutionair model introduceerde.
Bij Damen kunnen schepen binnen enkele maanden (i.p.v. jaren) op klantspecificatie worden gebouwd doordat men kan putten uit een buffer van losse componenten. Voorraad van componenten die klanten nog niet hebben besteld.
Met behulp van een productconfigurator-app stellen de verkopers, samen met de klant, hun ideale boot samen. Klanten kiezen een romp en combineren deze met diverse opties. Omdat alle componenten zijn gestandaardiseerd is het bouwen van een schip dan geen eenmalig, onbekend project meer, maar wordt het een voorspelbaar proces.
Naast een makkelijke digitale verwerking van de opdracht zijn door op deze wijze te werken snel tekeningen en materiaallijsten beschikbaar en kan de boot snel worden gebouwd en geleverd. Het ideaal beeld is ‘een pijplijn waardoor boten als het ware naar de klant stromen’.
Ondanks de kosten voor voorinvestering is het op voorraad bouwen van componenten in dit geval de beste manier om te voldoen aan de wens van veel klanten naar korte doorlooptijden. Daarnaast biedt het systeem ook voordelen als reparaties nodig zijn. Onder het kopje Smart Customization krijgt ieder scheepstype daarbij zijn eigen bijpassende optimale logistieke besturingsmodel.
Design-for-flow, modulair bouwen, korte doorlooptijden, toegevoegde waarde, lage kosten e.d. zijn elementen waar we ons ook vanuit Vekon graag voor onze klanten op richten. Derhalve een interessant en aan te bevelen verhaal.
Lees meer via deze link: Hoe ‘legostenen’ Damen Shipyards groot maakten
Meer informatieWil een organisatie succesvol zijn, dan moet deze volgens het marketingmodel van Treacy & Wiersema* uitblinken op één van deze disciplines
Het betreffende model gaat er vanuit dat meer aandacht voor één van de disciplines automatisch ten koste gaat van het succes van de andere disciplines. Focus is dan ook noodzakelijk om te kunnen excelleren.
Echter, de maakindustrie van vandaag vraagt naast kwalitatief hoogwaardige en complexe producten ook om snelle innovaties, korte doorlooptijden, flexibiliteit en een concurrerende prijsstelling. Een schijnbare tegenstelling waaraan we tegemoet kunnen komen door aandacht voor modulair ontwikkelen en een modulaire benadering in de toeleveringsketen.
Bij een modulaire benadering delen we een apparaat of machine op in een vaste kern en meerdere kleine subsystemen (modules) die uitwisselbaar zijn. Deze kleinere modules worden apart ontworpen, gefabriceerd en getest. Afhankelijk van de benodigde functionaliteiten worden verschillende modules ingezet om het gewenste eindproduct of een variant daarvan samen te stellen.
Bij het opbouwen van apparaten of machines met een modulaire productstructuur, kunnen klantspecifieke producten op basis van een vaste kern met een korte doorlooptijd en tegen concurrerende prijzen worden geleverd.
In plaats van klantspecifiek ontwikkelen (engineering-to-order), wordt bij het werken met een modulaire productstructuur namelijk klantspecifiek samenstellen (configure-to-order) mogelijk. Door de uitwisselbaarheid van modules is er grote flexibiliteit ten aanzien van het gewenste eindproduct.
Bij identificatie van problemen en het doorvoeren van verbeteringen kunnen de modules individueel worden getest of uitgewisseld. Groot voordeel van een modulaire productstructuur is dan ook een stabieler en minder complex geheel.
Door ‘hergebruik’ van modulaire delen, zijn al vanaf de ontwikkelingsfase in de productlevenscyclus, schaalgroottevoordelen te realiseren.
Het aantal unieke componenten wordt gereduceerd en het aantal mogelijk variaties van het eindproduct neemt toe.
De modulaire benadering in de ontwerpfase heeft ook diverse voordelen in het productieproces en de toeleveringsketen. Gericht op de actuele wensen van de maakindustrie, profiteren dan ook zowel engineering, werkvoorbereiding, productie en planning, als inkoop en administratie van de modulaire benadering.
Door standaardisatie en het terugbrengen van het aantal unieke componenten kunnen productielijnen worden geconsolideerd en overbodige werkzaamheden worden verminderd.
Vanwege de toename in het volume van standaarddelen zijn er minder omzettingen nodig en ook het aantal verschillende gereedschappen kan worden teruggebracht. Bij standaardisatie kunnen (delen van) productieprocessen worden gedeeld ten behoeve van een optimale bezetting.
Omdat het aantal unieke delen wordt gereduceerd zal het aantal verschillende spare parts en daarmee het voorraadbeslag afnemen. Voorraadbeheer wordt eenvoudiger en inkoopvolumes nemen toe. Daarmee wordt naast operationele afspraken ook de positie voor onderhandeling rondom prijs en betaling in de toeleveringsketen beter.
Door onze activiteiten te richten op modulariteit in de maakindustrie streeft Vekon naar een bijdrage aan de flexibiliteit in het productportfolio en de toeleveringsketen van de klant. Daarnaast draagt de aandacht voor modulariteit in de keten bij tot het vergroten van de brutomarge, het verkleinen van het orderrisico, verkorting van de doorlooptijden, vermindering van de faalkosten en minder verspilling. En dat alles met minder inspanning.
Door toepassing van modulariteit in de toeleveringsketen dragen we bij aan individualisering en maatwerk, zonder meerkosten.
(*) ‘De discipline van marktleiders’ – Treacy & Wiersema, 2005
Meer informatie